Ga samen in de praatronde zitten
en schenk elkaar je wenskaart/ tekening die je vorige les gemaakt hebt voor iemand van de klas.
Vertel wat je tekende voor die persoon en waarom ........... 

 

* plak deze wenskaart op bladzijde 12 van je themabundel

 

Enkele vragen:

  1. Wie denkt dat zijn/ haar wens gemakkelijk kan/zal uitkomen? 
  • Ja 
  • bijna 
  • nee 

2. Wat kun of moet je doen om je wens te laten uitkomen? of wat zou er moeten gebeuren?

3. Wie of wat heb je daarbij nodig?

4. Hoe spijtig zou je het vinden als je wens niet uit zou komen?

 

Dromen zijn om te blijven koesteren......

 

Ik ga jullie een verhaal uit de Bijbel laten zien en dit verhaal gaat over David.
David is de kleinste en jongste zoon van de familie

Er gebeurt iets wat niemand had kunnen denken of dromen.

 

Ze kunnen vertrouwen op David.

David vertrouwt op God
Hij gelooft in God en bid
zijn geloof in God geeft hem hoop en kracht..............

 

Enkele vragen:

  1. Waarop reken jij zoal?
  2. Waarop vertrouw je?
  3. Waarin geloof jij?

 

 Lees dit kort verhaaltje:

Enkele vragen:

  1. Waar ben je als je in je schulp/schelp kruipt?
  2. Hoe voel je je als je in je schulp /schelp kruipt?

 

Creatieve verwerking:  pg.1 werkbundel

  1. Maak een tekening onder het verhaaltje van het bange diertje, over een moment
    waarop je jezelf erg klein of bang voelde.
  2. schrijf de titel: ' Ik ben bang' op de lijntjes
  3. teken met donkere kleuren

 

 

Droomt David?

Lees het verhaal van David en Goliat, werkbundel pg. 2-3 en 4

 

Dit is niet zomaar een verhaal maar een bijzonder verhaal.
David voelt God heel dichtbij zich en 
gelooft dat God voor hem zal zorgen.
Hoe zou David zich daarbij voelen?

 

Neem pg. 4 en maak de oefening onderaan.

 

De les sluiten we af met een beetje te mijmeren.......

 

Enkele vragen:

  1. Hoe voel jij je wanneer anderen je aanmoedigen?
  2. Kun je meer wanneer iemand van je houdt?
  3. Wie moedigt jou aan?
  4. Wie gelooft in jou?
  5. Wat vindt die persoon wanneer je het goed doet of zou kunnen? Waarom?
  6. Kun je andere mensen gelukkig maken met jou talent?
  7. Wie dan?
  8. Wat kun je nog niet zo goed?
  9. Wat kun je nog niet zo goed en zou je dolgraag kunnen?
  10. Waarom kun je dat (nog) niet zo goed?

 

   " Oefening baart kunst"
Wat betekend deze uitspraak?

 

  1. Kun je alles leren? Wat wel/niet?
  2. Wie kent iemand die alles kan?
  3. Bestaat er een mens die niets kan?
  4. Wie kent die?

 

 

zing dit mooie lied maar mee!......

Maak jouw eigen website met JouwWeb